Wat wij voor u doen
Onderzoek en diagnose
Om de diagnose hersenlymfoom te stellen worden de volgende onderzoeken vaak gedaan:
MRI-scan van de hersenen
Hierop kan een afwijking gezien worden die past bij deze diagnose.
Lees verder op: patiëntfolder MRI-onderzoek
Computer Tomografie (CT scan) van hals, borst en buik
Deze wordt gemaakt om te zien of elders in het lichaam ook lymfoom zichtbaar is.
Lees verder op: patiëntfolder CT scan
Ruggenprik of lumbaalpunctie
Hiermee kan het hersenvocht onderzocht worden: soms worden hier lymfoomcellen gevonden waarmee de diagnose kan worden gesteld.
Lees verder op: patiëntfolder lumbaalpunctie
Oog onderzoek
De oogarts kan soms afwijkingen zien in het oog die bij deze diagnose passen. In dat geval wordt vaak wat vocht afgenomen uit het oog waar soms de diagnose op kan worden gesteld.
Hersenbiopt
Vaak is het nodig een hersenbiopt te nemen om de diagnose te stellen. Hierbij wordt met een operatie een klein stukje van het afwijkende weefsel in de hersenen weggehaald en onderzocht.
Met wie heeft u te maken?
De neuro-(onco)loog onderzoekt u als eerste en vraagt de bovengenoemde onderzoeken aan. Wanneer de diagnose gesteld is coordineert hij/zij de behandeling en blijft vaak betrokken (soms op afstand). Wanneer de behandeling (zie verder) achter de rug is blijft u bij hem/haar onder controle.
De oogarts onderzoekt uw ogen om te kijken of de ziekte ook in de ogen zit.
De neurochirurg neemt het hersenbiopt.
De hematoloog behandelt ziektes van het bloed en lymfeweefsel. Hij/zij komt pas na de diagnose in beeld en verzorgt de behandeling met chemotherapie.
De radiotherapeut ofwel bestralingsarts kan soms ook betrokken worden, wanneer besloten wordt te behandelen met bestraling.