Bijziendheid

Bij myopie is het oog te lang. Hierdoor valt het brandpunt van de lichtstralen die het oog in schijnen, vóór het netvlies in plaats van erop. Dit zorgt voor een onscherp beeld op het netvlies.

Hoe vaak komt het voor?

Myopie komt steeds vaker voor.

• Bij zestigers: een op de vier.
• Bij veertigers: een op de drie.
• Bij twintigers: een op de twee.

Meer informatie

Meer informatie over deze aandoening en de behandeling ervan vindt u in de patiëntenfolder Myopie.

De oogbol is te lang. Vaak komt het door veel dichtbij werk, te weinig afgewisseld met buiten spelen (in de verte kijken). Hierdoor groeit de oogbol naar verhouding te snel. Daarnaast zijn er ook genetische factoren die een rol spelen.

Hoge myopie (minimaal -6) verhoogt de kans op een oogziekte op latere leeftijd. Een op de drie kinderen met een sterke min-bril wordt op latere leeftijd ernstig slechtziend door een oogziekte. Bijvoorbeeld maculadegeneratie, glaucoom of een netvliesloslating.

Kinderen met bijziendheid worden naar onze poli verwezen via een andere oogarts/orthoptist wanneer de min-sterkte al op jonge leeftijd zeer hoog is. De orthoptist meet de visus en de brilsterkte samen met de lengte van het oog. De oogarts zal naar de algemene gezondheid van het oog, met name het netvlies, kijken.

Afhankelijk van het orthoptisch onderzoek (de mate van min-sterkte en de progressie) wordt de min-sterkte optimaal gecorrigeerd. Daarnaast worden er leefstijladviezen gegeven. Bij progressie kan er worden gestart met atropine-druppels of specifieke contactlenzen.

Uw kind heeft vooral te maken met de oogarts en opthoptist. Een opthoptist onderzoekt en behandelt klachten of problemen op het gebied van ver- en bijziendheid bij kinderen, maar bijvoorbeeld ook op het gebied van scheelzien en luie ogen.

Wat doet een orthoptist?

Meer informatie over de orthoptist en de aandoening kunt u lezen op de website van de Nederlandse Vereniging van Orthoptisten.