Over dit onderzoek
Wat we gaan doen
Waarom een biopsie onder echogeleiding?Het kan zijn dat uw behandelend arts in overleg met de radioloog heeft besloten dat het nodig is om een plekje in uw borst nader te onderzoeken. Ook al zijn er foto’s gemaakt en/of is er een echo met een punctie gedaan, toch kan er nog onzekerheid blijven bestaan over de aard van een bepaalde afwijking die in de borst wordt aangetroffen. Om te weten te komen wat er precies aan de hand is, kan uw behandelend arts u naar Radiologie doorverwijzen om een biopsie onder echogeleiding te laten doen.
Verloop van het onderzoek
De radiologisch assistent haalt u op uit het wachtgebied en brengt u naar het kleedhokje. U wordt verzocht het bovenlichaam te ontbloten en eventuele sieraden om uw hals af te doen. Als u uw bovenlichaam ontbloot heeft, vraagt de assistente u binnen te komen en op uw rug op de onderzoekstafel te gaan liggen. De assistente vertelt u wat er gaat gebeuren.Echoapparaat
De radioloog die het onderzoek verricht, bekijkt eerst uw eerder gemaakte foto’s en echo-onderzoeken. Dan wordt met behulp van het echoapparaat het plekje opgezocht waaruit het biopt genomen gaat worden. Hiervoor krijgt u gel op uw borst en wordt met de echokop (de transducer) over uw borst gewreven. Als de juiste plek gevonden is, wordt deze meestal door middel van een klein stipje met een watervaste viltstift op de borst aangegeven. Daarna wordt de gel van uw borst geveegd en wordt deze ontsmet met alcohol.
Biopsie
Omdat de biopsienaald dikker en langer is dan de naald die voor een gewone punctie wordt gebruikt, wordt op de plaats waar de naald wordt ingebracht verdoving ingespoten. De allereerste prik kan even pijnlijk zijn, daarna gaat de verdoving snel werken. De radioloog controleert de verdoving. U voelt wel dat men in uw borst bezig is, pijn mag u echter niet meer voelen. Is het wel pijnlijk, zegt u dit dan tegen de radioloog of de assistente. Omdat het moeilijk is om met een wat dikkere naald door de huid te prikken, maakt de radioloog met het puntje van een operatiemesje een sneetje ter grootte van enkele millimeters in de verdoofde huid. Voordat de radioloog daadwerkelijk de weefselstukjes uit de borst gaat nemen wordt de naaldhouder (“gun” genoemd) aan u gedemonstreerd, omdat het uitnemen van een stukje weefsel met een nogal harde klik gepaard gaat. In de naaldhouder wordt de naald geplaatst. De naaldpunt wordt door het sneetje in de huid onder geleiding van de echo naar het te onderzoeken plekje gevoerd en voordat het biopt genomen wordt, wordt u nog een keer gewaarschuwd om te voorkomen dat u schrikt van de harde klik.
Om te zorgen dat er voldoende weefsel is voor onderzoek in het laboratorium, neemt de radioloog meerdere biopten uit de borst. Als er voldoende weefselstukjes zijn uitgenomen, wordt de borst verbonden. Eerst worden er over het sneetje enkele kleine hecht-pleistertjes geplakt. Daar overheen gaat een grotere pleister.
Duur van het onderzoek
Het onderzoek duurt 15 tot 30 minuten.
Na het onderzoek
Nazorg en controles
Na het onderzoek heeft u twee soorten pleisters op uw borst:- Een grote pleister: deze mag er de volgende dag af.
- Daaronder een aantal kleine pleisters: deze mogen er na 5 dagen af.
U mag tot de kleine pleisters eraf gaan (na vijf dagen) wel douchen, maar niet in bad omdat dit laatste de doorbloeding in de borst bevordert.
Pijnmedicatie
Na het onderzoek ontstaat er een bloeduitstorting in de borst. Om de pijn te bestrijden kunt u paracetamol nemen. Wacht met het innemen van de paracetamol niet tot de pijn begint, maar neem het direct in als u thuis komt. Als u paracetamol niet kunt verdragen, kunt u in overleg met uw behandelend arts een andere pijnstiller nemen. U mag geen aspirine gebruiken want dit verdunt het bloed.
Om de bloeduitstorting tegen te gaan, kunt u ijsblokjes in een plastic zakje of ijspakkingen uit de diepvries in een handdoek draaien en op uw borst leggen.
Bijwerkingen en complicaties
Tijdens het onderzoek
Doordat een biopt een klein stukje weefsel uit de borst snijdt, ontstaat er altijd een bloeduitstorting ontstaan. Echter, een enkele keer komt het voor dat er een bloeding ontstaat. Meestal kan dit gestopt worden door goed af te drukken. Heel zelden lukt dat niet en is het nodig dat de bloeding door de chirurg wordt gestopt.Als het te onderzoeken plekje erg dicht in de buurt van één van de longen ligt, kan de punt van de naald een klein gaatje in de long prikken waardoor de long gedeeltelijk samenklapt. Dit gebeurt heel zelden. In het geval dat dit gebeurt, wordt dit direct opgemerkt en zult u een poosje in het ziekenhuis moeten blijven om dit in de gaten te houden. In het algemeen herstelt de long zich snel.
De uitslag
De uitslag krijgt u van uw behandelend arts die daarvoor al een afspraak met u gemaakt heeft.