Over de behandeling
Na een operatie waarbij er weefsel uit uw blaas is verwijderd, heeft u van uw uroloog gehoord dat het om een vorm van blaaskanker gaat. Hoewel alle blaastumoren (soms ook wel poliepen genoemd) bij u zijn verwijderd, zijn langdurige controles nodig. Deze tumoren hebben namelijk de neiging om terug te komen (recidiveren). Blaasspoelingen met chemotherapie in combinatie met warmtetherapie (hyperthermie) verkleinen het risico op terugkeer van blaastumoren. Deze behandelmethode wordt chemohyperthermie genoemd. Het medicijn dat hierbij gebruikt wordt, is mitomycine.
Duur van de behandeling
U begint met 4 wekelijkse blaasspoelingen, gevold door 6 maandelijkse blaasspoelingen. Die periode kan langer worden als een spoeling moet worden uitgesteld. Bijvoorbeeld als u blaasontsteking zou krijgen. Ook zal iedere 3 maanden een cystoscopie (kijkonderzoek in de blaas) worden uitgevoerd om te controleren of de behandeling effectief is.
Mitomycine: een vorm van chemotherapie
De blaasspoeling met mitomycine is een vorm van chemotherapie. Dit medicijn wordt via een katheter en een spoelsysteem door de blaas gespoeld. Het spoelen duurt een uur. De mitomycine wordt verwarmd tot een temperatuur van maximaal 43°C. Daardoor dringt het middel beter door in het slijmvlies van de blaas. Deze temperatuur is vergelijkbaar met de temperatuur van een warm bad. De mitomycine komt nauwelijks in de bloedbaan terecht of in andere delen van het lichaam. Daardoor heeft u zoveel mogelijk baat van het medicijn, en zo min mogelijk bijwerkingen. U krijgt door deze blaasspoelingen geen klachten van maag- of darmstoornissen, haaruitval, of afwijkingen van de bloedcellen.Duur van de behandeling
U begint met 4 wekelijkse blaasspoelingen, gevold door 6 maandelijkse blaasspoelingen. Die periode kan langer worden als een spoeling moet worden uitgesteld. Bijvoorbeeld als u blaasontsteking zou krijgen. Ook zal iedere 3 maanden een cystoscopie (kijkonderzoek in de blaas) worden uitgevoerd om te controleren of de behandeling effectief is.
Voorbereiding
De eerste blaasspoeling vindt ongeveer vier weken na de operatie plaats. Voorafgaand aan de reeks spoelingen wordt gecontroleerd of u geen blaasontsteking heeft en of u geen bloed plast. Wordt er geen blaasontsteking gevonden en plast u geen bloed, dan kan de spoeling doorgaan. Mocht blijken dat u blaasontsteking heeft, dan wordt de blaasspoeling uitgesteld en zal de infectie worden behandeld met een antibioticum.
Beperk uw vochtinname voor de spoeling.
Om te voorkomen dat er te veel verdunning ontstaat van het medicijn, adviseren wij u de avond en ochtend voor de blaasspoeling weinig te drinken (dus bijvoorbeeld alleen wat water om medicijnen in te nemen). Wanneer u plaspillen gebruikt, kunt u deze beter pas ná de spoeling innemen.
Beperk uw vochtinname voor de spoeling.
Om te voorkomen dat er te veel verdunning ontstaat van het medicijn, adviseren wij u de avond en ochtend voor de blaasspoeling weinig te drinken (dus bijvoorbeeld alleen wat water om medicijnen in te nemen). Wanneer u plaspillen gebruikt, kunt u deze beter pas ná de spoeling innemen.
Verloop van de behandeling
Door middel van een dunne katheter wordt de blaas eerst geleegd. Daarna wordt de blaaskatheter aangesloten op een systeem met spoelvloeistof waaraan het medicijn is toegevoegd. Dit systeem zorgt voor geleidelijke verwarming van de mitomycine. Zodra de temperatuur goed is (43°C), wordt de spoeling gestart. Het medicijn spoelt dan door het systeem naar de blaas en weer terug. De spoeling neemt een uur in beslag.
De behandeling is pijnloos. De verwarming van het medicijn en de katheter zelf kunnen wel een onaangenaam gevoel geven in de blaasstreek of plasbuis. Patiënten zeggen dat het lijkt op het gevoel van een zeer warme kruik. Om dit gevoel in de plasbuis te verzachten, krijgt u voor- en na de behandeling koelzalf.
De verpleegkundige biedt u incontinentiemateriaal aan als dat nodig is. Thuis mag u deze materialen gewoon in de vuilnisbak weggooien.
De behandeling is pijnloos. De verwarming van het medicijn en de katheter zelf kunnen wel een onaangenaam gevoel geven in de blaasstreek of plasbuis. Patiënten zeggen dat het lijkt op het gevoel van een zeer warme kruik. Om dit gevoel in de plasbuis te verzachten, krijgt u voor- en na de behandeling koelzalf.
De verpleegkundige biedt u incontinentiemateriaal aan als dat nodig is. Thuis mag u deze materialen gewoon in de vuilnisbak weggooien.
Na de behandeling
Toiletgebruik
- Na de spoeling kunnen er nog 2 dagen resten van het medicijn in de urine zitten. Mannen moeten daarom na de spoeling, in ieder geval de eerste 2 dagen, zittend plassen om morsen of spetteren van urine naast het toilet te voorkomen.
- Als u geplast heeft moet u het toilet twee keer doorspoelen, liefst met de deksel naar beneden. Ook moet u uw handen en de geslachtsdelen reinigen met ruim water.
- Als u kleding (of beddengoed) heeft bevuild moet u deze eerst voorspoelen in een koud waterprogramma. Verder zijn er geen beperkingen in aanraking en contact met andere mensen in u omgeving.
Er kunnen minimale resten van mitomycine achterblijven in de blaas. Daarom adviseren wij om gedurende een week na de spoeling bij het vrijen een condoom te gebruiken.
Bijwerkingen en complicaties
De bijwerkingen die kunnen optreden na de blaasspoelingen zijn:
Denkt u dat u een blaasontsteking heeft? Meldt dit altijd.
Bij koorts boven de 38,5°C langer dan twaalf uur, adviseren wij u contact op te nemen met de behandelend arts, ook in het weekend.
- Een toenemende plasdrang en een branderig, pijnlijk gevoel bij het uitplassen.
- Soms wat bloed bij de urine.
Denkt u dat u een blaasontsteking heeft? Meldt dit altijd.
Bij koorts boven de 38,5°C langer dan twaalf uur, adviseren wij u contact op te nemen met de behandelend arts, ook in het weekend.
Contact
Neem tijdens kantooruren contact op met telefoonnummer (010) 704 02 51 of mail naar blaaskankercentrum@erasmusmc.nl
In weekenden en tijdens feestdagen neemt u contact op met telefoonnummer (010) 704 0 704 en vraag naar de dienstdoende uroloog.
In weekenden en tijdens feestdagen neemt u contact op met telefoonnummer (010) 704 0 704 en vraag naar de dienstdoende uroloog.